Boek 2, hoofdstuk 33

De ochtend kwam langzaam. Bleek licht gleed door de dunne gordijnen van de suite en zette de kamer in zachte gouden banen. Yalda voelde echter niets van de warmte, ze lag wakker, naar het raam gekeerd, haar lichaam stil en haar geest nog steeds onrustig over de nieuwe ontwikkelingen.

Ze had nauweli...

Log in en ga verder met lezen