Boek 2, hoofdstuk 36

Het geluid sneed scherp en abrupt door de duisternis heen; een schreeuw, rauw, diep en doordrenkt van wanhoop.

Yalda's ogen vlogen open toen ze het geluid hoorde. Haar hart schoot heftig naar haar keel terwijl ze rechtop schoot, volledig desoriënteerd. Ze dacht dat de villa werd aangevallen of zoie...

Log in en ga verder met lezen