29.

-HIJ-

Beide koningen stonden en keken toe terwijl de stilte oorverdovend was. Vaders kaken klemden zich vast toen hij eindelijk voor me ging staan. Ik was stil. Alle zintuigen hadden me toen verlaten.

Mijn wang brandde voordat het geluid van de krachtige klap de stilte doorbrak. Ik balde mijn vuis...

Log in en ga verder met lezen