Hoofdstuk 61

Aiden

De woorden kwamen als een onverwachte klap die ik niet had zien aankomen—Ik wil je, Aiden.

Aiden.

Noah kon me niet zien, maar ik staarde naar hem alsof hij net de pin van een granaat had getrokken en die met een glimlach aan mij had overhandigd.

Ik was hier niet Aiden.

Hier was ik Men...

Log in en ga verder met lezen