Hoofdstuk Driehonderdvijfentachtig

ADELLE

Lieve hemel! Was ik dat die die woorden stuntelde? Oh heer, sla me nu neer.

Maar hij lijkt het niet op te merken, of het kan hem niets schelen. Hij knijpt mijn hand in een van de zijne en gebruikt de andere om zijn helm los te maken en hem net genoeg op te tillen om zijn verwoestende ...

Log in en ga verder met lezen