Hoofdstuk vijfenzeventig

DRAVEN

's Ochtends ben ik gedoucht en klaar om te gaan voordat de zon de bergtoppen bereikt en haar vloeibare honing over de aarde giet. Ik sta buiten onze motelkamer in een gescheurde spijkerbroek en een strak wit hemdje wanneer Gabriel in zijn donkergrijze sedan komt aanrijden. Hij glimlacht ...

Log in en ga verder met lezen