Hoofdstuk elf.

Arjun stond bij het vloer-tot-plafond raam van zijn uitgestrekte kantoor, zijn imposante figuur omlijst tegen het fonkelende stadsgezicht beneden. De twinkelende lichten van de stedelijke uitgestrektheid strekten zich eindeloos uit tot aan de horizon.

Toch registreerden zijn scherpe, donkere ogen n...

Log in en ga verder met lezen