Hoofdstuk Tweehonderddrieënveertig.

Arjuns auto kwam langzaam tot stilstand op een smalle, verouderde straat, het soort plek waar elke muur vermoeid leek en geheimen zich vastklampten aan gebroken ruiten als schimmel.

De motor viel stil, en de stilte die volgde was dik.

Hij stapte uit, zijn gepoetste schoenen landden op het gebarste...

Log in en ga verder met lezen