Hoofdstuk 298

Het gezellige café bruiste van de gesprekken en de geur van versgezette koffie toen ik tijdens mijn lunchpauze binnenkwam. Quinton zat aan een tafeltje in de hoek, zijn blik gericht op de straat buiten. Terwijl ik naderde, kon ik het knagende gevoel niet van me afschudden dat ons gesprek allesbehalv...

Log in en ga verder met lezen