Hoofdstuk 95

Terwijl ik naar de hut rende, hoorde ik twee brullen. Eén kende ik als die van Finlay, de andere was onbekend voor me. Mijn paniek steeg toen ik mezelf dwong sneller te rennen. Ik aarzelde niet om de deur van de hut open te rukken. Ik dacht er niet aan om te stoppen en een plan te bedenken of uit te...

Log in en ga verder met lezen